Oude Molenstraat

Straten geplaveid met kasseien worden bij ons een zeldzaam gegeven. In Westende-Dorp hebben we er alvast nog een mooi voorbeeld van: de Oude Molenstraat, die de Duinenlaan met de Essex Scottishlaan verbindt.

Bedrijvigheid door de jaren heen Beide uiteinden van deze straat werden tot voor kort nog geflankeerd door twee gemetselde pijlers, waarvan één aan
de Essex Scottishlaan ondertussen roemloos verdwenen is. De geschiedenis van dit straatje brengt ons 100 jaar terug in de tijd. Tussen de twee  hekken werden door de jaren heen heel wat activiteiten ontplooid.

Van Molenstraat naar Oude Molenstraat

De straatnaam verwijst naar de ‘weg die leidt naar de molen’, maar er stond nooit een molen in de Molenstraat. Bizar dus. De dichtstbijzijnde molen lag aan de overzijde van de Essex Scottishlaan. De straatnaam wijzigde met de fusie van 1976, omdat de gelijknamige straat in Middelkerke meer inwoners had en dat was toen het criterium om een straatnaam al of niet te behouden.

De werkhuizen Coulier

Na de Eerste Wereldoorlog lag Westende volledig in puin en was er voor aannemers werk zat. Gaston en Remi Coulier richtten in 1921 het bedrijf ‘G en R Coulier en Cie algemene ondernemingen’ op. Hun werkhuizen stonden tussen de Duinenlaan en de Essex Scottishlaan. De kasseiweg was een
bedrijfsdienstweg die aan beide uiteinden afgesloten werd met twee hekken. Het bedrijf besloeg een ruim complex met stapelplaatsen, ateliers en stallen voor de trekpaarden.

Die waren er toen nog bij, want gemotoriseerd verkeer was nog schaars. De firma nam de wederopbouw van heel wat gebouwen in Westende en omgeving voor haar rekening, maar werd na enkele jaren opgedoekt, omdat de beide zaakvoerders kozen voor andere uitdagingen. Gaston Coulier startte in Lombardsijde met de uitbating van Café De Wedergeboorte en een camping.

Betaalbaar toerisme: een jeugdherberg en een camping

In 1935 opende in de vroegere gebouwen van het aannemingsbedrijf Coulier de jeugdherberg Herwig. De naam werd afgeleid van het titelpersonage
uit ‘Gudrun’ van Albrecht Rodenbach. Er waren gescheiden slaapzalen voor jongens en meisjes. De herberg kreeg bezoek van een internationaal cliënteel. Tot de gedwongen stopzetting omwille van de Tweede Wereldoorlog, stond de jeugdherberg onder leiding van Jef Van Oeteren.
In de jaren zestig van vorige eeuw werd in de Duinenlaan en de Oude Molenstraat de originele camping ‘Robin Hood’ geopend. Er stonden immers kleine huisjes voor de toeristen. Toch werd de exploitatie ervan, na een zestal jaar, in 1969 stopgezet.

Een drukker en een smid

Aan de Essex Scottishlaan bouwde de familie Coulier de villa ‘Zoete Rust’. Die had aan de achterzijde toegang via de latere Oude Molenstraat. Deze woning werd verhuurd aan toeristen en die kwamen trouw jaarlijks een tijdje logeren in Westende. De woning en omliggende gronden werden na de Tweede Wereldoorlog verkocht aan Daniël Phlips die er een drukkersbedrijf in onderbracht. Villa ‘Zoete Rust’ werd opnieuw ingericht voor  seizoensverhuring en werd nadien omgedoopt tot Villa Pétunia. Een ander deel van de gewezen bedrijfsgebouwen Coulier werd verkocht aan Firmin Provoost die er als smid werkzaam was. Uit dat atelier is onder andere de metalen welkomstboog aan de Badenlaan afkomstig.

De 21ste eeuw in

De terreinen van de camping maakten in de jaren tachtig van vorige eeuw plaats voor private woningen. De gebouwen van de drukkerij zijn ondertussen ook al een tijdje gesloopt en op de vrijgekomen terreinen werden vier identieke woningen gebouwd. De kasseistrook is dan ook - na 100 jaar - een
eenzame herinnering aan heel wat activiteiten die er zich rondom hebben ontplooid; het is een relict om te koesteren.